Mel Bonis, ofwel Melanie-Hélène Bonis, wordt geboren op 21 januari 1858 in Parijs en overlijdt op 79-jarige leeftijd in 1937, in Sarcelles.

Melanie Bonis is de oudste van drie dochters en groeit op in een zeer katholiek gezin. Ook al blijkt tijdens Melanies kinderjaren reeds dat zij over een muzikale gave beschikte, toch zien haar ouders een toekomst als muzikante voor haar niet zitten.  Wat zij voor hun dochter willen, is op de eerste plaats een goed huwelijk. Gelukkig worden zij door een vriend des huizes keer op keer gewezen op het uitzonderlijke talent van Melanie. Wanneer hij er op een dag aan toevoegt dat een dergelijk talent de kansen van een jong meisje op de huwelijksmarkt wel eens aanzienlijk zou kunnen verhogen, gaan ze overstag en besluiten ze om hun dochter toch muzieklessen te laten volgen. Melanie is dan twaalf jaar.  Wanneer ze achttien is, wordt ze voorgesteld aan César Franck die in Parijs een orgelklas leidt. Voor de zeer vrome Melanie is orgel hét instrument om nog dichter bij God te komen. Naast orgel, volgt zij ook lessen harmonie, begeleiding en compositie. Ze studeert onder meer aan de zijde van Claude Debussy en Ernest Chausson. Van Melanie zijn rapporten teruggevonden in de nationale archieven van Parijs waarin te lezen staat dat zij een zeer begaafde muzikante is, maar dat ze zo timide is dat het haar verlamt.

Op 21-jarige leeftijd leert Melanie Bonis de liefde van haar leven kennen, Amédée Hettich. Hij volgt een opleiding zang aan het conservatorium. Ze zijn smoorverliefd maar moeten hun relatie geheim houden want de ouders van Melanie vinden een muzikant als huwelijkskandidaat geen goed idee en al zeker niet omdat hij een zanger is. Wanneer Amédée hen uiteindelijk om de hand van hun dochter vraagt, vangt hij bot en wordt Melanie prompt van het conservatorium gehaald zodat ze elkaar niet meer kunnen zien. Kort daarop vertrekt Amédée naar Italië waar hij vrij snel trouwt met een Poolse harpiste.

Melanie stort zich op haar muziek terwijl de band met haar ouders er niet op verbetert. Zij gaan echter onvermoeibaar op zoek naar een geschikte huwelijkspartner voor hun intussen 25-jarige dochter en vinden die uiteindelijk in de persoon van Albert Domange. Hij is een 47-jarige industrieel, die reeds twee keer weduwnaar is en vader van vijf zonen. Melanie stemt in met een huwelijk ook al voelde ze totaal niets voor deze ruim twintig jaar oudere man. Wel zorgt hij ervoor dat zij een zorgeloos en welvarend leven kan leiden. Zo heeft ze een schitterende vleugel, waar nogal wat muzikanten jaloers op waren. Ze vergezelt haar man vaak op zakenreis en heeft totaal geen materiële zorgen meer. Toch zou het nog een hele tijd duren voor zij de draad van het componeren weer oppikt. Allicht mede te verklaren door het feit dat haar man totaal niets met muziek had en het eigenlijk tijdverspilling vond. Samen krijgen ze drie kinderen.

Op een dag komt Amédée terug naar Parijs waar Melanie hem toevallig tegen het lijf loopt in een muziekhandel. De twee blijven elkaar ontmoeten, vooral dan op aandringen van Amédée. Aanvankelijk houdt Melanie de boot af, maar uiteindelijk valt ze voor zijn avances en wordt ze op 42-jarige leeftijd zwanger van hem. Een groot schandaal voor de ultra-katholieke Melanie, dat absoluut het daglicht niet mag zien. Uiteindelijk bevalt ze van hun dochter, Madeleine, in Zwitserland waar ze samen met haar kamermeisje heen was getrokken, zogezegd voor een gezondheidskuur.

Noch Melanie, noch Amédée erkennen hun dochter, die wordt grootgebracht in een pleeggezin. Toch wil Melanie een rol blijven spelen in het leven van Madeleine. Ze doet zich voor als haar meter en waakt van dichtbij over haar welzijn. Ze introduceert haar zelfs in haar eigen gezin. Wat ze niet kon weten was dat haar jongste zoon, Edouard als een blok zou vallen voor de knappe Madeleine. Tijd voor Melanie om kleur te bekennen en het hele verhaal uit de doeken te doen. Een bekentenis die echter pas lang na haar dood de wereld zou bereiken.

Als componiste was Melanie Bonis ontzettend productief. Haar stijl kan als post-romantisch worden beschouwd en is zeer gevarieerd. Haar werken zijn nu eens dramatisch van stijl, dan weer vol humor en heel vaak met een vleugje sensualiteit en impressionisme. Haar  muziek geeft blijk van een ontzaglijke gevoeligheid. Algauw had Melanie door dat ze als vrouw niet dezelfde geloofwaardigheid had, en reeds op 23-jarige leeftijd besloot ze om een stuk van haar naam te laten vallen. Melanie Bonis werd dus Mel Bonis, en met dit “gender-loze” pseudoniem hoopte ze even ernstig te worden genomen als haar mannelijke tijdgenoten.

Het oeuvre van Mel Bonis kan worden opgedeeld in drie periodes. In de eerste periode – van 1892 tot 1900 – schrijft ze vooral lichtere muziek. De pianowerken uit die periode zijn erg beschrijvend en veeleer ‘entertainend’.  In de periode die volgt, tot 1914, componeert ze ernstigere muziek. Heel wat liederen maar ook religieuze koormuziek. Daarnaast heeft ze ook een voorliefde voor kamermuziek, en in het bijzonder voor fluit. Uit die periode stamt ook  Suite en trio voor fluit, viool en piano, het werk dat ik uitkoos om deze maand in te studeren. Deze tweede periode wordt bruusk afgebroken door WO I, waarin Melanie volop aan liefdadigheid doet. Haar derde en laatste periode loopt van 1922 tot 1937. Daarin wijdt ze zich verder aan kamermuziek en schrijft ze ook nog enkele pianowerken. Maar de meeste tijd besteedt ze aan geestelijke muziek voor orgel en koor. Componeren doet ze intussen al liggend, vanuit haar chaise longue. Ze is 65 jaar en kampt met heel wat gezondheidsproblemen. Aan het einde van haar leven is het publiek enthousiasme voor haar composities in grote mate geluwd, en het zou duren tot de jaren 1990 alvorens haar muziek zou worden herontdekt. In het jaar 2000 wordt de “Association Mel Bonis” opgericht die zich verder inzet voor de bekendmaking van Bonis’ oeuvre. De vereniging wordt voorgezeten door de achterkleindochter van Melanie Bonis, Christine Géliot die ook een biografie heeft gewijd aan haar overgrootmoeder[2].  Er bestaat ook een “Ensemble Mel Bonis”[3] dat concerten organiseert waarop werken worden vertolkt van de componiste maar ook van tijdgenoten.

Suite en trio voor fluit, viool en piano

Zoals reeds vermeld had Mel Bonis een grote voorliefde voor de fluit, allicht ook omwille van haar bijzondere band met de beroemde fluitist Louis Fleury. Het trio, dat een eerste keer werd uitgegeven in 1903, noemde ze ook wel “Mon petit trio”. Het bestaat uit drie delen: een sobere Serenade, gevolgd door  een lieflijke en dromerige Pastorale waarin fluit en viool een prachtige dialoog voeren en tot slot het energiekere Scherzo.  Op het moment dat ik deze woorden neerschrijf, heb ik mijn eigen partij reeds ingestudeerd maar het samenspel met de violiste is pas over enkele dagen gepland. Heel benieuwd. Na het virtuoze concertino van Chaminade van vorige maand, is dit een welgekomen intermezzo. De moeilijkheid zit hem deze keer niet in de vingervlugheid maar in het creëren van de juiste sfeer en het samenspel. Wordt vervolgd! Wie alvast het trio eens wil beluisteren, zeker doen door op de volgende link te klikken, het spreekt tot de verbeelding!

[1] Bronnen:

Vrouw aan de piano, Veerle Janssens

[2] « Mel Bonis – Femme et ‘Compositeur’ (1858-1937) », Christine Géliot

23. okt, 2022

Componiste van de maand oktober 

Mel(anie) Bonis (1858-1937)

Meest recente reacties

12.09 | 08:36

Er gaat een wereld voor me open, dankzij jouw nieuwsgierigheid en jouw vlotte pen lieve zus! 🙏🏻😊

11.09 | 19:45

Prachtig geschreven, Anneke, en heel interessant! Jouw blog klinkt als muziek in de oren! xx

Deel deze pagina