15 januari 2023

"Jeune, belle et – pianiste !" s’exclama Frédéric Chopin après avoir entendu un concert de Léopoldine Blahetka en 1829 lors de son premier séjour à Vienne. [« Jong, mooi en – pianiste ! » waren de woorden die Frédéric Chopin uitriep na een concert van Leopoldine Blahetka in Wenen in 1829.]


Maar wie was Leopoldine Blahetka nu eigenlijk?


Haar leven

Om dat te weten te komen keer ik terug naar het Oostenrijk van de 19de eeuw. In 1811 werd daar in Guntramsdorf, een stadje ten zuiden van Wenen, Maria Leopoldine Blahetka geboren.  Haar beide ouders bezaten de muzikale gave en al gauw bleek dat ze die gave in het kwadraat hadden doorgegeven aan hun enige dochter, Leopoldine. Haar eerste pianolessen kreeg de kleine Leopoldine  van haar moeder.  Amper 7 jaar was ze toen ze recitals speelde in de Weense aristocratische salons, die toen als paddenstoelen uit de grond schoten. Zo kwam het dat Ludwig van Beethoven, een goede vriend van vader Blahetka, de 9-jarige Blahetka hoorde spelen. Hij was behoorlijk onder de indruk van haar technische vaardigheden en haar muzikaliteit. Hij was het ook die de ouders van Leopoldine aanraadde om hun dochter pianolessen te laten volgen bij Joseph Czerny[1], aan wie hij zijn eigen neef Karl van Beethoven ook had toevertrouwd. Dat haar ouders de muziekopleiding van hun dochter ernstig namen, blijkt zeker uit het feit dat ze haar niet alleen pianolessen lieten volgen maar ook op zoek gingen naar de allerbeste leerkrachten compositie.


In 1820 speelde de 13-jarige Leopoldine samen met de voorloper van de Wiener Philharmoniker het tweede pianoconcerto van Beethoven. Een daverend succes en ondanks haar jonge leeftijd meteen ook de start van een bloeiende carrière als concertpianiste. Intussen was de virtuoze pianiste echter ook al eigen werk aan het componeren, dat zij steeds vaker programmeerde op haar recitals. Ze hield ervan om te componeren in de “variatie-vorm”, waarbij ze telkens de grens ging opzoeken van de virtuoze mogelijkheden van het instrument in kwestie. Heel vaak was dat de piano, maar Blahetka schreef ook enkele werken voor fluit, waarvan ik de “Variationen opus 39” heb ingestudeerd (zie verder).


In 1825 vertrokken moeder en dochter Blahetka op concertreis naar Duitsland. Een rondreis  die zeventien maanden zou duren. De recensies van de concerten die Blahetka er gaf in die periode stellen ons in staat om deze XL-tournee te reconstrueren. Frankfurt, Bremen, Hamburg,  Lübeck, Berlijn en Leipzig zijn maar enkele van de grote plaatsen waar Blahetka optrad.  Een concertreis die haar niet alleen de nodige faam opleverde, maar haar ook ruim van financiële middelen voorzag. In de jaren die volgden trok zij ook nog naar Den Haag, Brussel en Londen. Het liefste verbleef zij in Engeland, want daar had ze het gevoel de meeste erkenning te krijgen als pianiste en vrouwelijke componiste.


De gezondheidsproblemen van haar vader staken echter stokken in de wielen. Hij leed aan astma en het Engelse klimaat was uiterst nadelig voor hem. Ook in Oostenrijk bleven zijn gezondheidsproblemen aanhouden en  in 1830 besloten de Blahetka’s om Wenen in te ruilen voor de gezonde zeelucht van het Franse Boulogne-sur-Mer. Als grote liefhebbers van de Franse cultuur en taal integreerden ze zich bijzonder snel. Ook in haar nieuwe thuisland bleef Leopoldine concerten geven en componeren, maar daarnaast ontpopte ze zich tot een uitstekend lesgeefster, die door haar leerlingen ontzettend geliefd was. Na de dood van haar ouders besloot Leopoldine in Boulogne-sur-mer te blijven wonen om er uiteindelijk in 1885 in haar slaap te sterven aan een hartstilstand. Na haar dood werd duidelijk hoezeer zij de harten had weten te veroveren van al wie haar gekend heeft. Niet alleen van haar leerlingen maar ook van menig kansarmen, want na de dood van haar ouders ontfermde Leopoldine zich in alle discretie dag in dag uit over de allerarmsten uit Boulogne-sur-mer.


Haar oeuvre

Leopoldine Blahetka was niet alleen een zeer begenadigd en virtuoos pianiste, ook als componiste heeft zij toch een steen verlegd. Bij haar dood liet zij 64 werken na, waarvan er 32 een opusnummer dragen (dat zijn dan ‘officiële’ werken die gepubliceerd werden). Zoals reeds gezegd, hield ze erg van de variatievorm maar daarnaast schreef ze ook tal van sonates, trio’s of kwartetten. Veel is er helaas niet terug te vinden over deze werken. Ze was en bleef een vrouw en ook al kon zij als pianiste en lesgeefster op veel erkenning rekenen, als componiste is haar bekendheid veeleer beperkt gebleken. Haar “Variationen für Flöte und Klavier, op. 37” schreef zij in de jaren 1830. Het werk kan op veel bijval rekenen omdat er in die tijd maar weinig werd geschreven origineel voor fluit. Het is een zeer luchtig en bijzonder toegankelijk werk dat zij duidelijk heeft geschreven om te worden gebruikt in het fluitonderricht. Als het werk echter met de nodige virtuositeit en sprankel wordt gebracht, dan is het absoluut zeker ook op zijn plaats in een concertzaal. Luister en oordeel zelf maar:



https://www.youtube.com/watch?v=jE1L4RZWUmQ












[1] Joseph Czerny was een componist, pianist en pianoleraar uit het Oostenrijkse keizerrijk. Onder zijn composities is variatie nummer 5 voor deel II van de Vaterländischer Künstlerverein. Onder zijn leerlingen bevonden zich Leopoldine Blahetka en de neef van Ludwig van Beethoven, Karl van

Beethoven.

 

Componiste van de maand januari

Leopoldine Blahetka (1809-1885)


Meest recente reacties

12.09 | 08:36

Er gaat een wereld voor me open, dankzij jouw nieuwsgierigheid en jouw vlotte pen lieve zus! 🙏🏻😊

11.09 | 19:45

Prachtig geschreven, Anneke, en heel interessant! Jouw blog klinkt als muziek in de oren! xx

Deel deze pagina